De nog jonge virtuoze muzikant Mozart bezocht Den Haag langer dan hij wilde. Hij werd zo ziek dat hij al was opgegeven. Een Haagse arts redde zijn leven.
Een van de beroemdste bezoekers die Den Haag ooit heeft gehad was de componist Wolfgang Amadeus Mozart. Toen hij hier kwam was hij slechts negen jaar oud, maar hij gold toen al als een muzikaal wonderkind waar men graag naar kwam luisteren. Zijn vader Leopold had hem en zijn eveneens briljante zus Nannerl (officieel Maria Anna) in 1762 al meegenomen op een soort proefreis naar München en Wenen. Vanwege het grote succes dat zijn kinderen daar hadden besloot hij om een grote reis te maken langs de Europese hoven. Het afreizen van vorstenhoven was in die tijd niet ongewoon. Aan de hoven waren de voornaamste concertzalen waar je andere componisten en goede musici kon ontmoeten. Op 9 juni 1763 vertrok het gezin met een speciaal voor de reis aangeschafte koets uit Salzburg. Pas drieëneenhalf jaar later zouden ze weer thuiskomen. Na een reis langs verschillende Duitse vorstenhoven kwamen ze via Brussel in Parijs. Leopold Mozart accepteerde niet elke uitnodiging die hij van een vorst kreeg. Als de vorst naar zijn gevoel te weinig geld had dan ging hij niet. De vele cadeaus die ze in Parijs kregen vielen evenmin in de smaak. Hij schreef aan zijn huisbaas, vriend en sponsor Lorenz Hagenauer dat hij met de cadeaus wel een winkel kon beginnen, maar dat hij arm was aan geld. Maar de optredens waren een succes.
Mozart's geboortehuis - Vanuit dit huis, Getreidegasse 9 in Salzburg, vertrokken vader en kinderen Mozart in 1763 voor hun Europese toernee.
Op 10 april 1765 reisde het gezin door naar Engeland. Daar bleven ze bijna vijftien maanden en hadden er ongekend succes. Al na enkele dagen speelden Wolfgang en Nannerl aan het hof van koning George III. De rest van de tijd gaven ze concerten voor particulieren. Na het bezoek aan Engeland wilden ze eigenlijk terugkeren naar Salzburg. De eerste verzoeken van de Hollandse gezant Van Welderen om naar Nederland te komen werden afgeslagen. Leopold Mozart liet zich pas in laatste instantie overhalen omdat, zoals hij zei “je een zwangere vrouw niets mag weigeren”. Die zwangere vrouw was prinses Carolina, de zus van Willem V. Maar er zal ook een gunstige financiële regeling zijn getroffen. Het gezin Mozart moest tenslotte ook de overnachtingen en het eten kunnen betalen. Op 1 augustus verliet men Engeland en reisde door België naar Den Haag. Door ziekte ging de reis niet zo snel.
De voortgang van de reis is onder andere te volgen in de brieven die Leopold Mozart schreef. Uit die (later gedrukte) brieven (1) krijg je overigens niet de indruk dat hij zijn kinderen uitbuitte. Je krijgt eerder de indruk dat het welzijn van de kinderen op de eerste plaats stond.
Den Haag in de tijd van Mozart.
Den Haag in de tijd van Mozart.Den Haag van nu is in licht rood en rode letters. De straten en gebouwen uit de tijd van Mozart zijn in zwart ingetekend. De logeeradressen La Ville de Paris en Spui 44 zijn nauwkeurig ingetekend. Hotel La Ville de Paris en Spui 44 zijn beide afgebroken om plaats te maken voor de doorbraak en de verbreding van de Kalvermarkt. De Grote Marktstraat bestond nog niet. Het Spui liep daar nog gewoon door. Het water van het Spui liep toen nog door tot aan de Spuistraat. Daarna liep het onder huizen door naar grachten om het Binnenhof. De Fluwelen Burgwal, de Herengracht en de Kalvermarkt hadden ook nog grachten vergroting.
Leopold Mozart had begrepen dat het reizen in Nederland makkelijker ging met de trekschuit, dus liet hij het eigen rijtuig in Antwerpen achter. Naar Rotterdam ging het nog wel per postkoets, maar de laatste etappe van Rotterdam ging per trekschuit. Eerst de trekschuit naar Delft, en na een korte wandeling van daar met een andere trekschuit naar Den Haag. Op 11 september kwam vader, moeder en de kinderen Mozart om zeven uur ‘s avonds in Den Haag aan, vermoedelijk op het Zieken vlakbij het Groenwegje bij de Stadsherberg waar de trekschuiten uit Delft altijd aanmeerden. Ze namen hun intrek in herberg of hotel La Ville de Paris. Dat lag op de hoek van de Fluwelen Burgwal en de Lange Houtstraat. Leopold Mozart schreef later dat dit een erg slecht hotel was: “une très-mauvaise auberge” . Het hotel wordt inderdaad niet aangeraden in reisgidsen van die tijd, maar werd wel gebruikt door kunstenaars. Naast dit hotel lag het betere Maréchal de Turenne, maar dat was misschien te duur. Hier logeerde bijvoorbeeld de prins van Nassau Usingen waarvan Leopold Mozart aantekende dat ze daarmee kennis hadden gemaakt.
Eerste hotel van het gezin Mozart - In het witte gebouw op de hoek, Hotel La Ville de Paris, logeerden de Mozart's de eerste periode van hun verblijf in Den Haag. Het lag op de hoek van de Korte Houtstraat en de Fluwelen Burgwal, een situatie die nu niet meer bestaat en moeilijk is voor te stellen. De tekening is gemaakt vanaf de Kalvermarkt. Naar links kijk je de Korte Houtstraat in, rechts langs het hotel liep toen de Fluwelen Burgwal. Hier loopt nu de Kalvermarkt, want de gebouwen in het midden en rechts zijn afgebroken voor de verbreding van de Kalvermarkt. Zie verder de plattegrond hierboven (Haags Gemeentearchief).
Bij elke nieuwe stad hadden de Mozarts de gewoonte om eerst de bezienswaardigheden van de stad te bekijken. Het ging niet alleen het ‘zien’, maar ook om het ‘gezien’ worden. Leopold en Nannerl noemen onder andere de kwartieren van de Staten-Generaal, de Loterijzaal, het Voorhout, de tuinen van de stadhouder en de Scheveningse weg als de dingen die ze gezien hebben. De Loterijzaal was de Ridderzaal, die niet meer als feest- en ontvangstzaal voor ridders gebruikt werd.
Aan het hof wordt met spanning op hen gewacht, want de bevalling van prinses Carolina was nabij. Al na enkele dagen werden ze aan het hof ontvangen. De aanstaande stadhouder Willem V was nog maar zeventien jaar oud en stond nog onder voogdij van de hertog van Brunswijk-Wolfenbuttel. Willem had een innige band met zijn oudere zus Carolina die getrouwd was met de vorst van het Duitse prinsdom Nassau Weilburg. Zij woonde met haar man in een paleis op het Korte Voorhout. Haar muzikaliteit had ze geërfd van haar moeder, de Engelse prinses Anna van Hannover. Deze prinses had haar muzikale scholing in Londen gekregen van Georg Friedrich Händel. Daarna was ze getrouwd met Willem IV, de stadhouder van Friesland, Groningen en Drenthe en was ze in Leeuwarden gaan wonen. Prinses Carolina werd daar geboren. Nadat Willem IV in 1747 stadhouder van alle provincies werd, verhuisde men naar Den Haag, waar Willem V werd geboren. De beide kinderen groeiden op in een muzikaal milieu. er aan het stadhouderlijk hof in Den Haag veel tijd besteed aan muziek en dans. De hofkapel die uit een kern van zestien musici bestond voerde wekelijks hofconcerten uit. Carolina was een goede zangeres en speelde later klavier. De hertog van Chesterfield noemde haar een muzikaal wonderkind. Mozart componeerde voor haar enkele aria’s. Hoewel ook Willem erom bekend stond dat hij gul was voor rondreizende kunstenaars, ging de uitnodiging aan Mozart uit van zijn oudere zus Carolina.
Uit Leopold’s brieven blijkt dat hij erg tevreden was over de gulle en hartelijke ontvangst van de Oranje’s. Ze werden zelfs opgehaald door een koets van het hof. Omdat Nannerl plotseling ziek was geworden moets Wolfgang de eerste drie concerten alleen geven. Het eerste van twee concerten vonden plaats bij prinses Carolina, dus waarschijnlijk in haar paleisje op het Korte Voorhout. Dit was nog niet het paleis dat zij en haar man later zouden bouwen en waar nu de Koninklijke Schouwburg in is gevestigd. Het paleis waar Mozart optrad was een ouder gebouw dat een jaar na zijn bezoek zou worden afgebroken. Tenslotte gaf Mozart nog een derde concert dat Carolina niet kon bijwonen omdat ze net was bevallen van een dochter. Haar broer Willem V, was er toen wel bij: “Im Haag sind wir nun acht Tage. Wir waren zweimal bei der Prinzessin und einmal bei dem Prinzen von Oranien, der uns mit seiner Equipage bedienen liess. Nun war meine Tochter krank geworden. Wenn sie besser ist, sollen wir wieder zum Prinzen und zu der Prinzessin von Weilburg und zu dem Herzog von Wolfenbüttel”. Waar dit concert plaatsvond is niet bekend. Vermoedelijk was dit in Huis ten Bosch, de zomerresidentie die tot in september werd gebruikt. Anders werd het concert gegeven in de muziekzaal in het stadhouderlijk kwartier op het Binnenhof. Het begeleidende orkest was samengesteld uit Haagse musici, waaronder leden van de hofkapel. De kapelmeester (dirigent) van dat orkest was Christian Ernst Graf (later Graaf) die uit Duitsland afkomstig was. Hij werd in Den Haag aangesteld als kapelmeester en was tevens hofcomponist. Hij woonde in 1759 aan de Ammunitiehaven.
Korte Voorhout in ca 1760 - Het gebouw rechts is het paleis van prinses Carolina waar Mozart optrad (Haags Gemeentearchief).
De concerten vielen zo in de smaak dat ze zelfs de krant haalden. In deze tijd waren de kranten klein, verschenen niet dagelijks en bevatten slechts politieke berichten en advertenties. Voor recensies was normaal gesproken geen plaats, maar op 20 september 1765 berichte de Leydse Courant enthousiast: ‘Tegenwoordig bevind zig alhier de beroemde Musicant J.G. Wolfgang Mozart van Salzburg, dewelke maar agt Jaaren oud is, en op eene wonderbaare wyze de moejelykste Concten en Solo’s van de beroemdste meesters, zooals ook verscheide van zyne eige compositie executeerd. Deze jonge Musicant heeft zyne uitmuntende Gaaven aan het Stadhouderlyke Hof Etc. laaten hooren en de Verwondering en Goedkeuring van een ieder weggedragen.’
Na de optredens aan het hof wilde Leopold Mozart ook andere concerten geven. Aan het hof hij kennis gemaakt met veel vooraanstaande particulieren, zoals de Engelse ambassadeur York en vader en zoon Bentinck, de invloedrijke vertrouwelingen van het hof. Om te beginnen plaatste hij een advertentie in de ‘s Gravenhaegse Vrijdagse Courant van 27 september 1765. Hij kondigde hierin aan dat hij op 30 september een groot openbaar concert gaat geven in de zaal van hotel De Oude Doelen waarbij zijn zoon acht jaar en zijn dochter van veertien jaar op het clavecimbel zullen spelen. Het publiek kan om verzoeknummers vragen en Wolfgang zal alles uit zijn hoofd kunnen spelen: “oud maar 8 Jaeren en 8 Maenden, beneevens zyn Dogter, oud 14 Jaeren, Concerten op het Clavecimbael zullen executeeren. Alle die Ouvertures zullen zyn van de Compositie van dien jonge Componist die nooyt zijn weerga gevonden hebbende, de goedkeuring van de Hoven van Weenen, Versailles en Londen heeft weggedragen. De Liefhebbers kunnen na hun plaisier hem Muziek voorleggen, hij zal het zelve alles voor de vuyst spelen...”. Een toegangskaart van drie gulden was bij de heer Mozart te kopen op zijn logeeradres de Stad Parijs of in de Oude Doelen. De Oude Doelen was het gebouw waar in deze tijd gewoonlijk de openbare concerten werden gegeven3.
In deze zaal in het hotel De Oude Doelen gaf Mozart in 1765 een van zijn concerten (Haags Gemeentearchief).
Vlak na de aankomst in Den Haag was Nannerl ziek geworden. Haar toestand verbeterde niet, maar werd alleen maar slechter. De geconsulteerde arts, dr. Heymans, kon niet veel doen en had zelfs alle hoop verloren. Vader Mozart schreef in verslagenheid naar Salzburg: ‘De toestand van mijn dochter verslechterde elke dag. Ze was vel over been. De dokter had alle hoop opgegeven.’ Het hof stuurde nu zelf een arts naar de wanhopige familie, dr. Thomas Schwencke. Deze had een goede reputatie, was hoogleraar geweest en lijfarts aan het hof. Professor Schwencke nam de behandeling over en dankzij zijn behandeling verbeterde de gezondheid van Nannerl, al ging dat langzaam. Maar toen zij voor het eerst op was werd Wolfgang ziek, met dezelfde symptomen als Nannerl. Ook nu werd de situatie bijzonder ernstig. Leopold en zijn vrouw zaten wederom bij toerbeurt aan het bed. Leopold schrijft dat ze dag en nacht waakten bij Wolfgang, dat zijn tong steeds zo droog was als hout en schoongemaakt moest worden. Op 12 december was Nannerl volledig hersteld en was Wolfgang aan de beterende hand. Pas half december was Nannerl volledig hersteld en was Wolfgang aan de beterende hand. Beide kinderen moeten tyfus hebben gehad, een weinig voorkomende ziekte die wordt veroorzaakt door een bacterie-infectie. De patiënt kan onder andere worden besmet via voedsel en drinkwater4. Een maand later, rond half januari, hadden ze al weer plannen om concerten te geven. Ze wilden blijkbaar nu niet meer meteen naar huis, misschien om de kinderen nog wat aan te laten sterken voor de lange reis terug, of om ook de financiën aan te laten sterken.
Toen de kinderen weer waren hersteld kondigde vader Mozart in de ‘s Gravenhaagsche Courant met veel fanfare een nieuw concert aan. Voor het concert op 22 januari 1766 kon men kaartjes kopen bij Mr. Mozart, nu “logerende ten Huijze van Monsr. Eskes, Meester Horlogiemaker, woonende op het Hof-Spuy in ‘s Hage, alwaer het Hof van Utrecht uythangt”. Ze logeerden nu dus op het Hofspui, het stuk Spui tussen de Kalvermarkt en de Spuistraat waar toen nog een gracht lag. Of mr. Eskes alleen horlogemaker was of dat hij zijn huis ook als herberg gebruikte is niet bekend.
Eind januari vertrok de familie Mozart naar Amsterdam waar twee concerten werden gegeven. Begin keerden ze weer terug naar Den Haag om op tijd aanwezig te zijn bij de installatie van Prins Willem V tot stadhouder. Op 8 maart werd Willem achttien jaar en zou hij zonder zijn voogd kunnen regeren.
De feestelijkheden zouden meerdere dagen duren en werden al lang van tevoren in de dagbladen aangekondigd. De installatie van de stadhouder zou op 8 maart plaatsvinden en aan Leopold Mozart werd gevraagd of de familie een muzikale bijdrage wilden leveren. Wanneer en waar die bijdrage plaatsvond is niet bekend. Wolfgang componeerde er in ieder geval enkele stukken voor. Leopold en Nannerl schrijven zelf dat ze op 11 maart op het hof waren, tijdens de installatie van de stadhouder, maar de plechtige installatie vond op 8 maart plaats met een concert op het Oude Hof (paleis Noordeinde). Eerst vond om elf uur ‘s ochtends de installatie van Willem V plaats. Na de installatie gingen alle gasten om half drie in optocht van het Buitenhof naar het Oude Hof (paleis Noordeinde). De familie Mozart was getuige van de optocht van de hoge gasten en was er van onder de indruk. De familie Mozart hoorde tot de toeschouwers van die deftige optocht. In dit paleis organiseerde de nieuwe stadhouder een maaltijd voor zijn gasten. Daar werd muziek gespeeld, dus mogelijk hebben Leopold en Nannerl zich in de datum vergist. Al vroeg werd overal in Den Haag de feestverlichting ontstoken. Leopold Mozart tekende op ‘erstaunliche Illumination’. De toren van de grote kerk was met drie rijen lantaarns verlicht, het stadhuis baadde in een zee van licht. Aan de westgevel waren al ruim 6000 lampen aangebracht en de rest was ook rijk versierd5.
Na de feestelijkheden bleef het gezin nog vijf weken in Den Haag en speelden de kinderen nog een paar maal aan het hof. De familie Mozart bleef nog even in Den Haag en vertrok hierna met de trekschuit naar Utrecht en vandaar in etappes terug naar Salzburg. Mozart keerde niet meer naar Holland terug. Hij bezocht prinses Carolina nog wel in Nassau-Weilburg.
Hotel La Ville de Paris ingetekend op een foto van 4 januari 2006. Het hotel ligt net op de hoek van de Korte Houtstraat en Fluwelen Burgwal, zoals die in 1765 nog liepen. Het hotel lag precies op de hoek van de Korte Houtstraat en de Fluwelen Burgwal, want beide straten liepen toen verder door. Rechts van de foto is het stadhuis met de studiezaal van het Haags Gemeentearchief. Het hotel ligt precies tegenover het pleintje waar trouwauto's voor het stadhuis parkeren.
Dit hotel of misschien was het eerder een herberg heeft vele jaren gestaan op de hoek van de Fluwelen Burgwal en de Korte Houtstraat. Het bestond in ieder geval in 1701, want toen logeerde de bekende geloofsvluchtelinge Franse Anne-Marguerite Petit Dunoyer er. In 1800 staat het als logement te koop. In 1811 wordt het genoemd als koffiehuis dat beheerd wordt door F. Behr en gelegen is aan de Nieuwe Haven. Het lag immers ook aan de kop van het deel van de Nieuwe Haven dat nu niet meer bestaat. In 1855 zit W. Passange & Comp. In het pand. Bij de verbreding van de Kalvermarkt in de jaren 1920 is het gebouw gesloopt6.
Op een onbekende datum is het gezin Mozart van La Ville de Paris verhuisd naar een logeeradres aan het Spui. In een advertentie voor een concert in januari staat immers vermeld dat men kaartjes kon kopen: “logerende ten Huijze van Monsr. Eskes, Meester Horlogiemaker, woonende op het Hof-Spuy in ‘s Hage, alwaer het Hof van Utrecht uythangt”. Dit huis had al langer een horecafunctie, want in 1622 wordt het als café “De 3 bellen” verkocht aan een wijnkoopman. In 1718 draagt het bij een verkoop voor het eerst de naam “Het Hof van Utrecht”. Een Engelse reiziger roemt het hotel zeer in een in 1743 verschenen reisverslag. Hij vond dat er aangenaam gezelschap was, vooral militairen. In 1760 wordt het huis verkocht aan Wouter Eskes, meester-horlogemaker. Het huis draagt dan nog steeds de naam “Het Hof van Utrecht”, maar of er dan alleen een uithangbord met deze naam aan de gevel hangt of dat huis dan ook in gebruik was als herberg dat is niet bekend. Als zijn weduwe het huis in 1786 verkoopt aan een andere horlogemaker dan heet het huis “van ouds genaamd Het Hof van Utrecht”. Het was dan dus niet meer in gebruik als herberg. Vervolgens zitten er een juwelier, timmerman, koopman en antiquair in het huis. Het huis heeft dan ondertussen een modern adres gekregen, Spui 44. Na 1926 komt het adres niet meer voor in de adresboeken. Het huis is gesloopt7.
Het huis van horlogemaker Eskes, Spui 44, ingetekend op een foto van 4 januari 2006. Twee huizen rechts daarvan is de vroegere doorgang naar de oude Kalvermarkt. Dit straatje heette toen Bagijnestraat. De rooilijn lag vroeger overigens enkele meters naar voren, want het Spui is in de jaren 1920 meteen verbreed, zodat het huis waar Mozart woonde ergens op het kruispunt van het Spui met de Grote Marktstraat en Kalvermarkt lag.
Hotel de Oude Doelen was in de tijd van Mozart een van de sjiekere hotels van Den Haag. Het gebouw was oorspronkelijk eigendom geweest van het schuttersgilde Sint Joris, een zeer oude en zeer sjieke schietvereniging. De leden waren de edelen van het hof. Het verenigingsgebouw stond aan het Tournooiveld, dat zijn naam waarschijnlijk aan schutterstoernooien te danken heeft. De schietbanen lagen daarachter en liepen door tot aan Plein toe. De schutterij diende niet alleen voor de recreatie, maar de schutters deden ook dienst als burgerwacht. Tijdens de Tachtigjarige Oorlog raakte de schutterij en het gebouw in verval. De beheerder van het schutterijgebouw kreeg toen vergunning om het gebouw als logement te exploiteren. Onder de naam Oude Doelen kreeg het een goede naam in het buitenland. Jacob de Riemer schrijft in 1730 dat het gebouw tal van prachtige zalen bevat, waaronder de zeer grote zaal waar de festijnen der Ridders plaats hadden. De schietbanen zijn dan omgetoverd tot wandelplek voor de gasten die in het hotel verblijven. Er logeerden ook leden van bestuursorganen die uit een andere provincie kwamen. Een van de bekendste gasten was tsaar Peter die er met een aanzienlijk gevolg verbleef.
Het paleis van prinses Carolina waar Mozart in 1765 musiceerde bestaat niet meer. Het heeft maar enkele jaren bestaan. Vlak voor hun huwelijk had haar man, de Duitse prins Karl Christian von Nassau-Weilburg drie huizen aan het Korte Voorhout gekocht. Deze liet hij samenvoegen en verbouwen tot een paleisje. Uit rekeningen van aannemers is bekend dat er in 1762 werd gewerkt aan een ‘Nieuwe Saal’ en een ‘musieksaal’. Een jaar laterl, in 1763 waren er al tekeningen voor een nieuw paleis op dezelfde plek. Het oude paleis werd in 1767 gesloopt. Toen had Mozart er in 1765 al opgetreden.
Op de plek van het oude paleis verrees in 1767 en 1768 het woongedeelte van het nieuwe paleis Nassau Weilburg, naar het ontwerp van de bekende architect Pieter de Swart. Aan de bouwtekeningen valt te zien dat het een paleis van vorstelijke allure moest worden. De bijgebouwen van het paleis zouden hebben gelegen op de plek van het huidige ministerie van financiën. Daar zou ook de binnenplaats hebben gelegen die vanaf het Korte Voorhout bereikbaar was door een indrukwekkende poort. In 1771 was het hoofdgebouw pas gereed. De opdrachtgevers waren ondertussen, in 1769 al vertrokken naar Weilburg en hadden weinig belangstelling voor hun Haagse paleis. De bijgebouwen werden niet meer gebouwd en het woongedeelte is waarschijnlijk nooit als paleis in gebruik geweest. Het paleis was immers maar half af en daardoor eigenlijk onbruikbaar. In de Franse tijd was het in gebruik als kazerne en in 1802 werd het aangekocht als schouwburg en bestaat nu nog als Koninklijke Schouwburg8.
Speciale aandacht verdient ook professor Thomas Schwencke, die in 1726 onder meer als stadsvroedmeester onderricht gaf aan de stadsvroedvrouwen. In 1754 bewerkstelligde dezelfde Schwencke de eerste pokkeninenting met het menselijke pokkenvirus in de Republiek. In de Levant werd de techniek reeds lang toegepast. Via de vrouw van de Engelse ambassadeur in Constantinopel, lady Mary Wortley Montague, die in 1716 haar oudste kind liet inenten, bereikte de techniek vervolgens Europa.
Mozart componeerde verschillende werken voor deze installatiefeesten van de stadhouder. De titels: Six Sonates pour le Clavecin avec l’accompagnement d’un Violon, dédiées à Madame la Princesse Nassau Weilburg, née Princesse d’Oranje, par W. Mozart, agé de 9 ans OP. IV, 2. Een Nederduitsch Air op de Installatie van Z.D.H. Willem den V, Prins van Oranje, door C.E. Graaf in muziek gebragt, en door den beroemden jongen Compositeur J.G.W. Mozart, oud 9 Jaeren, tot konstige Variatien vermeerder, à 12 stuivers, 3.Het bekende Airtje Wilhelmus van Nassau, gevarieert voor ‘t Clavier door gemelden jongen Mozart, à 6 stuivers.
Op 6-11-1956 werd na een toespraak van de Oostenrijkse gezant in de Nieuwe Kerk op de hoek van Spui en Kalvermarkt deze gedenkplaat onthuld ter herinnering aan het verblijf van Wolfgang Amadeus Mozart in een naburig huis.
Helaas was niet alles wat Mozart in Den Haag gecomponeerd heeft voor ons bewaard gebleven. Van de verschillende aria’s die hij voor de prinses heeft geschreven is er maar één over: Conservati, fedele (KV 23), die onmiddellijk na Mozart’s herstel in 1766 is geschreven. Voor orkest heeft Mozart nog minstens twee werken geschreven. Allereerste een Symfonie in Bes,(met de delen Allegro, Andante, Allegro molto die van zijn vooruitgang getuigt na zijn Londense symfonieën. Zijn tweede orkestwerk draagt de zonderlinge titel Galimathias Musicum.
Geplaatst in 2006. Laatste wijziging 4 juli 2011.
Balfoort, Dirk J., Mozart's verblijf in Den Haag, Den Haag
Lievense, W., De familie Mozart op bezoek in Nederland. Een reisverslag, Hilversum, 1965.
Mensonides, H., Het huis Spui no. 44 'genaamd 'De 3 Bellen' later 'Het Hof van Utrecht', waar Mozart in 1766 logeerde. Handschrift
Scheurleer, D.F., Mozarts verblijf in Nederland en het muziekleven aldaar in de laatste helft der achttiende eeuw, 's-Gravenhage, 1883.
Schmidt, F.H., Pieter de Swart. Architect van de achttiende eeuw Zwolle, zj.
W.A. Mozart als patient, Medizinischer Zeitschrift für den Arzt. Monatsspiegel, 1965, nr. 5, p. 116-117.
1. Leopold schreef 40 brieven aan zijn vriend, huisbaas en financieel supporter Lorenz Hagenauer.
2. De brief van Leopold van 19 september 1765 aan zijn vriend Hagenauer zoals geciteerd in Scheurleer 54-56: Der holländische Gesandte in Londen war uns vielmals angelegen, nach dem Haag zu dem Prinzen von Oranien zu gehen, aber er hatte tauben Ohren gepredigt. Allein, nachdem wir Londen am 24. Juli verlassen hatten, blieben wir einem Tag in Canterbury und bis zu Ende des Monats auf dem Landgute eines englischen Cavaliers. Noch am Tage unserer Abreise hatte uns der Gesandte in unserem Quartiere gesucht, fuhr bald darauf zu uns und bat uns, um alles nach dem Haag zu gehen, indem die Prinzessin von Weilburg, Schwester des Prinzen von Oranien, eine ausserordentliche Begierde hätte diese Kind zu sehen. Ich musste mich um so eher entschliessen, da man einer schwangeren Frau nichts abschlagen darf.
Am 1. August verliess ich England ... In Lille wurde ich und Wolfgang durch Krankheit vier Wochten aufgehalten und waren in Gent noch nicht recht hergestellt. Hier spielte Wolfgang auf der grossen neuen Orgel beid den Patern Bernhardinern, so wie in Antwerpern auf der grossen Orgel in de Kathedralkirche.
Im Haag sind wir nun acht Tage. Wir waren zweimal bei der Prinzessin und einmal bei dem Prinzen von Oranien, der uns mit seiner Equipage bedienen liess. Nun war meine Tochter krank geworden. Wenn sie besser ist, sollen wir wieder zum Prinzen und zu der Prinzessin von Weilburg und zu dem Herzog von Wolfenbüttel. Der Reise ist bezahlt; wer nun aber die Rückreise bezahlt, muss ich erst sehen
3. de advertentie in de ‘s-Gravenhaagsche Courant: ‘Met permissie zal de Heer Mozart, Muziek Meester van den Prins Bisschop van Saltzburg, de eer hebben op Maendag den 30 September 1765, in de Zael van den Ouden Doelen in ‘s Hage een Groot Concert te geeven, in het welk zyn Zoon, oud maer 8 Jaeren en 8 Maenden, beneevens zyn Dogter, oud 14 Jaeren, Concerten op het Clavecimbael zullen executeeren. Alle de ouvertures zullen zyn van de Compositie van dien jonge Componist, die nooyt zijn weerga gevonden hebbende, de goedkeuring van de Hoven van Weenen, Versailles en Londen heeft weggedragen. De Liefhebbers kunnen na hun plaisir hem Muziek voorleggen, hy zal het zelve alles voor de vuyst speelen. Ieder billet voor een Persoon is 3 Guldens, en voor een Heer en een Dame f. 5.5.0. De Entree-Billetten worden uytgegeven by den Heer Mozart, Logeerende op den Hoek van de Burgwal, alwaar de Stad Parys uithangt, als mede in den Ouden Doelen’.
4. Nun hat auch unser liever Wolfgang einen fürchterlichen Strauss ausgestanden: er hatte ein hitziges Fieber, welches ihn mehrere Wochen sehr elend machte........Die Krankheit meiner Kinder hat nicht nur uns, sondern auch unsere Freunde hier in Betrübnis gesetzt. Wer aber diese Freunde sind, kan ich nicht melden, weil man es für eine Grosssprecherei halten möchte. Geciteerd bij Scheurleer 75.
5. Scheurleer, p. 102-107, heeft een uitgebreide beschrijving van de feesten
6. Het logeren van Madame Petit wordt vermeld in Jan Pieter van der Sterre (ed), Voltaire en de Republiek, Amsterdam/Antwerpen 2006, p. 15. Voor de overige vermeldingen zie de advertenties in de krant: ‘s-Gravenhaagsche Courant, 10-12-1800, Dagblad van het departement der monden van de Maas, 6-5-1811, ‘s-Gravenhaagsche Nieuwsbode op verschillende data in 1855, o.a. 27-7-1855.
Volgens Scheurleer (op p. 6 en 51) was het huis in de 19de eeuw qua inwoners in verval geraakt: ”de toestand waarin het zich de laatste jaren bevond is voorzeker niet van dien aard dat er mogelijkheid bestaat er een gedenksteen te plaatsen ter herinnering aan de gasten van 1765".
7. Voor de geschiedenis van het huis zie: Mensonides. Voor het Engelse reisverslag zie: Scheurleer p. 80.
8. Schmidt, 193-202.
Deze pagina is cookie-vrij.
© Voor niet-commercieel gebruik mogen teksten worden overgenomen, met bronvermelding of een link naar deze pagina.
Bij de afbeeldingen ligt dat anders: veel afbeeldingen zijn niet mijn eigendom en er kunnen nog rechten op rusten.
Suggesties voor verbeteringen zijn altijd welkom. Reacties.